De negenjarige Bonnie woont samen met haar moeder Lis en haar oma. Ze zijn helemaal gek van olifanten. Lis is wel een heel lieve, maar geen gewone moeder. Soms is ze erg druk en vrolijk, dan weer heel somber. Gelukkig is oma altijd in de buurt om een oogje in het zeil te houden. Bonnie heeft geen broertjes en zusjes, maar zou dat wel heel graag willen. Naast het huis van Bonnie, Lis en oma woont de verlegen buurvrouw Puch. Bonnie en Koos vinden de buurvrouw een beetje eng. Waarom is ze altijd alleen? Zou ze wat te verbergen hebben? Het leven van Bonnie komt aardig op zijn kop te staan als oma een ongeluk krijgt. Nu staan Bonnie en Lis er met z'n tweeën voor. Af en toe komt er een mevrouw van Jeugdzorg kijken of de twee het samen redden. Bonnie doet heel goed haar best.